Proces

Er was eens een proces, en hij woonde samen met alle andere processen in het geheugen. Ze aten en dronken niet, maar sliepen wel veel. Eens in de zoveel tijd werd een proces weggeplukt, en even later weer terug gezet. Ons procesje snapte nog niet helemaal waarom het gebeurde en wat er dan eigenlijk precies gebeurde, maar dat maakte nu nog niet uit, zei zijn ouder, want ook zijn dag zou komen, en dan zou hij het snappen.

Hij wachtte en wachtte en wachtte maar, terwijl honderden, duizenden en uiteindelijk honderdduizenden microseconden verstreken. Toen, op een klokcyclus, was het eindelijk tijd. Hij voelde hoe hij wakker werd geschud en hoe hij ineens werd weggetrokken uit zijn comfortabele nest. Zijn ledematen werden gelijk verdeeld door de 64 deuren naar buiten gesleept, en daar zag hij haar: miljarden ijle bruggen die naar allerlei plekken leidden. Snelwegen en tolwegen, die van en naar de drie gigantische blokken leidden, de een nog groter dan de ander. Overal om haar heen waren nog meer snelwegen. Het was simpelweg geweldig, en zodra hij weer terug was in op zijn vertrouwde plekje wilde hij meteen weer.

"Geduldig zijn," zei het stamhoofd, "want anders."

Het stamhoofd was al heel oud, hij was er al voor alle andere processen, en werkte heel nauw samen met haar. Ze deelden de diepste geheimen, en alleen het stamhoofd had de macht om processen speciale toegang te verlenen wanneer dat nodig was, maar het stamhoofd kon ook stoute processen verbannen, zei zijn ouder. Het proces was al best moe, en ging vast slapen. Als ze weer even tijd had voor hem, zou hij weer wakker gemaakt worden.

Hij werd wakker. Hoe lang had hij geslapen? Het deed er niet toe, want voor hij het wist was hij de deuren weer uit. Hij nam ritjes over snelwegen, werd vertraagd door de logische eenheid, zag de wereld. Zag haar. Ze was prachtig, zo delicaat als ze was.

Terwijl de milliseconden verstreken, leerde hij bij elk uitstapje iets nieuws over haar, en hij ging bijna elke keer over een andere snelweg. Hij kon door al haar lagen heen kijken, hij zag muren, valleien, stipjes en leidingen. Perfect reflectief, een glanzend landschap van bewerkt goud en silicium. Ze bestond uit meerdere delen, net als hij. Ze had een logisch gedeelte, drie stukken privé-geheugen, een aantal telramen... En een klok, die haar heel dierbaar was. Precies bij elke tik van de klok deed ze haar volgende handeling.

Toen ons proces een keer wakker werd, was hem de moed geschonken om het brutaalste van het brutaalste aan haar te vragen. Hij maakte zichzelf klaar, en voor hij het wist openden de deuren waardoor hij nu al zo vaak naar buiten was getrokken zich weer opnieuw. Na een kort ritje kwam hij terecht in haar privégeheugen. Dit is mijn kans, dacht hij. Metaforisch tikte hij haar aan, en hij vroeg haar of ze hem niet wat vaker en langer uit zou kunnen kiezen.

Toen hij weer thuis was zei zijn ouder dat ieder proces netjes op zijn beurt moest wachten, en dat dat wat hij wou niet zomaar kon.
"Maar het kan dus wel? Wanneer dan?"
Zijn ouder zweeg even, maar besloot toch te antwoorden.
"Ze heeft het heel druk. Ze moet ook tijd besteden aan alle andere processen."
"Maar kunnen die niet gewoon langer slapen?"
De ouder schudde zijn hoofd, en ontevreden sliep ons procesje weer in.

Toen hij weer wakker werd, deed hij dat met een verslagen gevoel. Hij nam weer een ritje, en kwam weer terecht in haar geheugen. Opnieuw vroeg hij haar of ze hem niet wat prioriteit kon geven. Ze antwoordde niet.

Toen hij weer terug ging, werd hij een andere route op gestuurd: hij kwam eerst langs het stamhoofd.
"Je hebt het nu wel bont genoeg gemaakt. Je bent getermineerd."
Toen hij weer thuis was bekroop hem een akelig leeg gevoel, en opeens was hij hopeloos verdwaald in zijn eigen huis. Zijn ouder was er niet. Hij probeerde te slapen, maar het lukte niet. Hij wou dat hij gewoon kon rusten, en dan weer wakker worden. Had hij het maar nooit gevraagd. Verdrietig viel hij ten slotte alsnog in slaap.

Hij was er nog wel, maar hij werd niet meer uitgekozen nu, en de andere processen negeerden hem. Niemand maakte hem nu nog wakker. Af en toe werd een nieuw proces geboren, en telkens wanneer dat gebeurde ging er een stukje van hem verloren, ingepikt, opgeslokt. Er bleef steeds minder van hem over, en een aantal seconden later was er nog maar een enkele letter van hem over. Hij voelde al niets meer. Even later werd er weer een nieuw proces geboren, en daarmee werd tot slot zijn laatste overblijfsel ook overschreven. Zijn ouder huilde niet om hem, want hij was allang vergeten.

2019-12-13 in verhalen